Vertalingen passend zijn NL>DE
passend zijn (ww.) | geeignet sein (ww.) ; gefallen (ww.) ; konvenieren (ww.) ; passen (ww.) ; schmecken (ww.) ; taugen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `passend zijn`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: passenNL: uitkomen